Vanuit de Duitse machinebouwers is er flinke kritiek op Europese regelgeving, die een onevenredige last zijn voor het mkb-bedrijf. VDW-voorzitter Franz-Xaver Bernhard bestempelt de Supply Chain Duty of Care Act van de Europese Unie en de Corporate Sustainable Reporting Directive (CSRD) als bijzonder “succesvolle voorbeelden van bureaucratische monsters”.


Dat heeft hij gezegd tijdens de presentatie van de jaarcijfers over 2023 van de Duitse werktuigbouwmachineindustrie. Hoewel de machinebouwers vorig jaar hun productie nog licht hebben zien stijgen, dankzij de inflatie, rekenen ze dit jaar met een daling omdat hun porderportefeuilles langzaam leger raken.


VDW voorzitter hekelt Europese regelgeving zoals CSRD die het mkb-bedrijf onevenredig belast


Doelstellingen niet bereikbaar, wel hoge kosten

VDW-voorzitter Franz-Xaver Berndhard (foto VDW)

Naast de economische ontwikkeling baart met name de regelzucht van de Duitse regering en de EU Franz-Xaver Bernhard grote zorgen. Bernhard noemt de Supply Chain Duty of Care Act van de Europese Unie en de Corporate Sustainable Reporting Directive (CSRD) als bijzonder “succesvolle voorbeelden van bureaucratische monsters”. “Ze zijn een extra last voor het bedrijfsleven en vormen een onevenredige uitdaging voor kleine en middelgrote bedrijven in toch al moeilijke tijden. Bovendien bereiken ze hun doelstellingen niet tegen veel te hoge kosten”, is zijn oordeel. Beide wetten leggen uitgebreide documentatie- en rapportageverplichtingen op met betrekking tot de naleving van eerlijke arbeidsvoorwaarden en bestaande milieubeschermingseisen in de toeleveringsketen. “Zelfs als er transparantie in de toeleveringsketen zou kunnen worden gecreëerd, ontbreekt het mkb aan de marktmacht om de vereiste normen af te dwingen bij leveranciers buiten het wettelijke toepassingsgebied,” zegt Bernhard. Dit doet niets af aan de noodzaak om mensenrechten en milieuaspecten in zakelijke activiteiten te respecteren. Alleen al het aanpakken van deze kwesties creëert bewustzijn. “Ik ben er echter van overtuigd dat het de taak van politici is om de normen effectief af te dwingen,” eist hij.

Trage verlening exportvergunning doet klanten wellicht afhaken


Commissie vergadert slechts eens per drie weken over exportvergunningen

De Duitse fabrikanten hebben ook veel last van de trage werkwijze van de Duitse overheid als het om exportvergunningen gaat voor zogenaamde Dual-Use machines. Aanvragen die snel worden verwerkt door het verantwoordelijke federale exportkantoor, lopen vast in het politieke proces in Berlijn. De verantwoordelijke commissies, die na onderzoek individuele vergunningen verlenen, komen slechts eens in de drie weken bijeen. Vaak moet een aanvraag drie keer behandeld worden, wat dus tot veel vertraging leidt. Totdat de definitieve exportvergunning is verleend, krijgt de fabrikant geen informatie en blijft dus ook de koper van de machine in het ongewisse. Zelfs als een buitenlands bedrijf eerder al een bestellingen van Duitse dochterondernemingen goedgekeurd heeft gekregen, duurt de verwerking van aanvragen vaak erg lang.


Aanzienlijk deel omzet zit vast in vergunning-gerelateerde projecten

De VDW wijst erop dat hierdoor klanten mogelijk afhaken als de fabrikant van gereedschapsmachines vaak pas zes tot acht maanden of zelfs langer na de order goedkeuring krijgt en pas kan beginnen met de productie van de machines. Dit schaadt ook hun reputatie. “In sommige gevallen hebben bedrijven een niet onaanzienlijk deel van hun omzet in afwachting van goedkeuring door de autoriteiten,” zegt Bernhard. Zijn suggestie aan politici: “Het gaat er niet om de procedures ter discussie te stellen, maar om de doorlooptijden te verkorten, aangezien er eigenlijk nauwelijks aanvragen worden afgewezen. Daartoe zou besproken kunnen worden dat de commissies tijdelijk vaker bijeenkomen om dit knelpunt op te lossen. 


Afbeelding: Yvonne Huijbens via Pixabay

Pin It on Pinterest