De eerste editie van Manufacturing Technology Conference was goed bezocht. Exposanten waardeerden de technische vragen waarmee bezoekers meteen de diepte in gingen. Wat zijn de belangrijkste take-aways van het event dat uitsluitend ging over kennisuitwisseling?

Twee uitspraken tijdens de openingssessie van MTC vatten de essentie van het evenement samen. Allereerst Maurits Smits, site manager bij Thermo Fisher Scientific in Eindhoven. Hij merkt dat AI (Kunstmatige Intelligentie) soms sneller is dan een toeleverancier. “Maar ik vertrouw AI niet. Daarom zoek ik suppliers die kennis met ons delen.” Met andere woorden zegt de topman van Thermo Fisher dat ondanks alle technologie, ecosystemen in de hightechindustrie worden gemaakt door mensen. Of zoals Jan Jaap Kuit van ASML het uitdrukte: “We moeten allemaal Google engineers worden. Leren de juiste vragen te stellen; leren samenwerken met andere mensen.”

Kennis deel event toont dat de kloof tussen engineers en makers groot is

Geen technologie is zaligmakend alleen

De andere opmerking die is blijven hangen, komt van de kant van Beijing Jingdiao, de Chinese fabrikant van precisie freesmachines. Mark Camps, die samen met Vice President David Fan het podium deelde tijdens de openingssessie, zei: “Wij kennen ons deel van het proces. Als we dat combineren met andere, kunnen we als bedrijf groeien maar groeien we ook samen.” Wat hiermee eigenlijk bedoeld wordt, is dat geen enkele machine of technologie in z’n eentje de uitdagingen van de hightech OEM’s kan oplossen. Het gaat er om hoe je al die technieken juist in samenhang met elkaar inzet om tot de passende oplossing te komen.

Geen marketing maar techniek

Het kader voor Manufacturing Technology Conference was daarmee gezet. De exposanten waren de eerste uren een beetje onwennig. Geen marketingstrategie die hun uniforme stand – iedere exposant had dezelfde standbouw – ondersteunde. Niet de bekende gezichten van klanten die ze op machinebeurzen tegenkomen. “Ze gaan echt direct de diepte in; hebben direct technische vragen; ze weten heel goed wat ze willen weten”, hoorde je exposanten zeggen. En dat vonden de meesten een verademing. Het ging echt om de technologie die ze presenteerden.

Boven links David Fan, CEO van Beijing Jingdiao, met helemaal rechts Mark Camps. Daarnaast: Jingdiao liet zien waartoe de IMIM_technologie in staat is: zowel het racket als de badminton shuttel zijn gefreesd uit aluminium.


De kloof is wel heel groot

Maar waren de ongeveer 100 technologiën die de bijna 70 expsoanten presenteerden, echt zo baanbrekend en innovatief? Sommige wel, andere minder. Elke technologie werd via een vast stramien gepresenteerd, wat op zich een verademing was. Het gevoel dat na afloop overblijft, is dat de kloof tussen de theorie en de praktijk wel heel erg groot is. Natuurlijk is het een relevante vraag voor een engineer wat de minimale wanddikte is als je in een bepaald materiaal gaat 3D printen. Maar die informatie wordt toch al jaren gedeeld? Uiteraard staan de hightech systemen op een dusdanig hoog technologisch niveau dat je superspecialisten nodig hebt om de onderdelen voor zo’n hightech machine te ontwikkelen. Maar hoort een stukje praktijkkennis over het maken niet in de standaard bagage van elke engineer? Zouden bedrijven als ASML en Thermo Fisher Scientific – en wie weet andere ook – hun engineers niet elk jaar een week stage moeten laten lopen bij een toeleverancier? Of moeten de thema’s van MTC verder uitgediept worden in vervolgsessies met engineers voor wie dit relevant is. Want hoeveel kennis blijft er hangen van een dag waarin je ondergedompeld wordt? Overigens blijft alle content toegankelijk via de website van het Knowledge Sharing Centre.

Betrek de supply chain

Het tweede punt dat aan het eind van de dag opkomt, is of MTC alleen goed is voor de contacten tussen engineers en suppliers van technologie. Dat laatste kunnen de aanbieders van de technologie zijn of de toeleveranciers die er hun brood mee verdienen. Michel Valburg van Trumpf Nederland merkte tijdens de openingsessie op: “De wereld wordt complexer en verandert steeds sneller. Om bij te blijven moeten we open zijn naar partners en het hele proces zien.” Precies: het hele proces zien. Dat proces reikt verder dan de engineer en de directe maker van onderdelen. In dat proces is er ook een rol voor de kleinere toeleveranciers, die de realtief eenvoudige onderdelen maken of de onderdelen waar de tier 1 suppliers de capaciteit voor missen. Die zul je ook moeten betrekken.

Een partikel van 32 nm kost de klant van ASML €33 per wafer, dus duizenden euro’s per week

Richard Bruls (ASML) over de gevolgschade van een vervuiling met een partikel.

4nm stofje of wafer kost ASML klant 33 euro per wafer

De uitleg van Richard Bruls van ASML over defectivity was voor iedereen in de keten een eye opener. Wat is de impact van een partikel dat op het recticel of de wafer neerslaat? Om duidelijk te maken waar het over gaat maakte Richard Bruls de vergelijking met een voetbal op een voetbalveld. Een partikel van 32 nanometer heeft dezelfde verhouding als een voetbal tot het hele voetbalveld! En een deeltje van 32 nanometer op het recicle of 4 nm op de wafer van de toekomstige ASML-machines levert direct productiviteitsverlies op bij de ASML-klanten.

Schade loopt in tienduizenden in de week

Bruls berekent deze schadepost op € 33. Valt nog mee, zou je zeggen. De chipfabrikanten produceren echter duizenden wafers per dag. En dan gaat de teller hard. Die kennis hoort overal in de keten beschikbaar te zijn, zeker nu de tier 1 suppliers zich opmaken om Grade 1 delen aan te leveren.. Want: het gaat om het hele proces. “We willen cleane delen waarmee we beginnen”, stelde Bruls.

En daar is additive manufacturing

De laatste take away van MTC gaat over additive manufacturing. Eind maart lukte het Mikrocentrum amper om veertig exposanten te bewegen één dag naar Den Bosch te komen voor AM for Production. Op MTC was additive manufacturing een van de dominante thema’s, met veel aanbieders, zowel van technologie als uit de supply chain (Wilting won er zelfs de Knowledge Sharing Trophy mee). Blijkbaar begint het besef door te dringen dat ASML additive manufacturing nodig heeft voor de nieuwe generatie machines. En als je dan roept dat ASML engineers naar MTC komen, is de drempel opeens laag.

De engineer is het probleem

Terecht merkte Friedmann Lell, directeur van DMG Mori Additive, op dat additive manufacturing begint bij het design. “Daar haal je de voordelen van de technologie. Maar daarvoor moet je anders denken.” De grootste belemmering is volgens hem dan oook niet de technologie maar de engineer. “Die moet de mogelijkheden kennen.” Moet er niet veel meer uitwisseling komen tussen engineers en makers? Op een heel praktische manier. Bedrijven die dat doen, zo hoorde je van sommige exposanten op MTC, merken dat direct in het aantal aanvragen dat ze daarna krijgen. Het loont dus hierin te investeren.

In 2024 vindt Manufacturing Technology Conference plaats op 16 april in Koningshof in Veldhoven. Een van de keynote sprekers is dan Kasper van den Broek van VDL ETG over hoe je contaminatie door de hele levenscyclus van een product kunt beheersen.

Pin It on Pinterest