De Italiaanse machinebouwers krijgen rake klappen. In het 3e kwartaal hebben ze hun orderinstroom opnieuw zien krimpen: 19,3% wat de bestellingen uit Italië zelf aangaat; 14% werd er minder in het buitenland verkocht. Ucimu pleit voor een uitgebreid pakket aan maatregelen, zowel op fiscaal vlak als wat betreft scholing.


Op de EMO was de Italiaanse sector nog een van de grootste buitenlandse clusters, met 230 Italiaanse bedrijven. Dat verhult echter niet dat de sector in een behoorlijke crisis is geraakt. De totale orderinstroom is in het 3e kwartaal met 18,6% gekrompen. Wie naar de langere trend kijkt, ziet dat de problemen dieper zitten dan een dip als gevolg van de toegenomen onzekerheid door onder andere de handelsoorlog tussen de VS en China. De waarde van de index die Ucimu hanteert staat op 69; in 2015 is de index gestart op 100.

Jobs, tegenwoordig onderdeel van het Taiwanese FFG, was een van de 230 Italiaanse exposanten op de EMO.

Grote onzekerheid zet investeringen ‘on hold’

Massimo Carboniero, president van Ucimu, zegt dat de fabrikanten bezorgd zijn over met name de complexiteit van de internationale context. “Deze vertaalt zich in een gedeeltelijke bevriezing van investeringen in productiesystemen in veel markten, inclusief de Italiaanse.” Niet alleen het handelsconflict tussen de economische grootmachten ligt hieraan ten grondslag. Ook de recessie in de auto-industrie en het uitbreken van verschillende gewapende conflicten. Dat maakt volgens hem de toekomst erg onzeker. Daar komt bij dat de Italiaanse overheid nog geen besluit heeft genomen over de begroting voor 2020 en het toewijzen van beschikbare budgetten.

Goed plan nodig

Meer dan ooit heeft de Italiaanse machinebouw-industrie daarom een goed plan nodig, waarmee de overheid de maakindustrie kan ondersteunen. Massimo Carboniero heeft een lijstje klaar met maatregelen die in 2020 moeten worden ingevoerd. Ucimu noemt dit een allesomvattend pakket aan maatregelen om bedrijven weer te laten groeien. Vooral de Italiaanse maakindustrie dus. Onderdelen zijn onder andere fiscale voordelen voor wie investeert in R&D, super en hyper afschrijvingen van investeringen in nieuwe machines, software en automatisering. “Met name hyper afschrijvingen moeten minstens drie jaar duren. Super afschrijving moet samen gaan met een herziening van de regels, die dateren van 1988 en niet langer voldoen aan wat de markt vraagt”, aldus de Ucimu president. Aanvullend moet er een programma komen om medewerkers te scholen, onder andere in het kader van Industrie 4.0. Momenteel krijgen Italiaanse bedrijven alleen een fiscale tegemoetkoming voor de verloren productie-uren. Ucimu wil deze regeling uitbreiden naar ook de kosten van de scholing, die met name voor het MKB een grote last zijn.

In 2021 organiseert Ucimo de EMO. Maar men wil volgend jaar al verbeteringen zien.

Steun voor buitenlandse missies

Omdat het beïnvloeden van de buitenlandse ontwikkelingen moeilijk is, pleit Ucimu hier voor een fiscale stimulans voor bedrijven die buiten de Europese Unie aan beurzen deelnemen. Ook moet er een netwerk komen dat marktonderzoek doet in het buitenland of in specifieke sectoren, omdat deze kosten voor het MKB niet op te brengen zijn.

Pin It on Pinterest